EEN VURIG VERLANGEN: VERDER KOMEN MET DE HEER!
Mijn twee mottoteksten voor deze boodschap zijn:
- “…opdat u VERDER mag komen en u in het geloof verblijden” (Fil. 1:25b, NBG-vert.).
- “Op Hem hebben wij onze hoop gevestigd, dat Hij ons ook VERDER verlossen zal” (2 Kor. 1:10b, NBG-vert.).
Belangrijke vragen
We beginnen met een aantal indringende vragen die je op jezelf mag laten inwerken:
- Hunker je voor jezelf naar een verdere groei in het leven met God?
- Verlang je er werkelijk naar meer op Jezus te gaan lijken?
- Ben je er ook diep van doordrongen dat het erop aan komt om Jezus Christus voor 100% te volgen?
- Heb je een nood over je eigen leven dat je geestelijke ontwikkeling er nog te weinig uitkomt en daardoor een drang om God meer te zoeken dan voorheen tot verdere verlossing?
- Zoek je Gods Woord te gehoorzamen wat het ook kost?
- Ervaar je een warme onderlinge, stimulerende gemeenschap in de gemeente?
- Krijg je genoeg geestelijk voedsel aangereikt om verder te komen in het leven met de Heer? Als het goed is, zal de koers in de gemeente zo zijn, dat je gestimuleerd wordt de dingen te bedenken die boven zijn waar Christus is? (Kol. 3:1-2).
Dit zijn stuk voor stuk pittige vragen. Ieder kan voor zichzelf beproeven hoe zijn gezindheid tegenover de Heer en in alle eerlijkheid deze zaken voor Gods aangezicht in geest en waarheid beantwoorden. Wanneer we dit eenvoudigweg - zonder redeneringen en bedenkingen - doen, zal God licht over ons leven geven en ons de weg laten zien, om verder te komen in het leven met Hem. Voor de oprechten gaat immers het licht op (Ps. 112:4).
Geestelijke ontwikkeling
Wij hebben aansporing en hulp uit Gods Woord nodig tot groei van ons geloof en tot verdere en diepere verandering van ons leven. Het is duidelijk, dat er iemand is die een gloeiende hekel heeft aan christenen die verder vooruit willen. Hij zal niet nalaten, waar hij maar kan, de voortgang van een kind van God te blokkeren of in elk geval af te remmen. Dat doet de duivel door hen in de hiel te bijten (Gen. 3:15b, Naardense Bijbel), waardoor de loop stagneert en belemmerd wordt. Hier moeten we ons ervan bewust zijn dat de duivel een hekel heeft aan mensen die de smalle en hoge weg (of verheven baan) van Jezus (Matth. 7:14 en Jes. 35:8) tegen elke prijs willen gaan. Jezus zegt dat weinigen die vinden, maar ook: “wees niet bevreesd kleine kudde, want het heeft Uw Vader behaagd u het Koninkrijk te geven” (Luk. 12:32). In de zichtbare wereld kan het op een ‘overblijfsel’ lijken. Bedenk daarbij wel dat God evengoed door weinigen kan werken dan door velen.
Wie werkelijk een verlangen gekregen heeft om die weg van Jezus te gaan, die is toe aan een verkondiging die zich richt op geestelijke volwassenheid. Die kan niet meer toe met een prediking die alleen cirkelt om de zondevergeving en de zekerheid daarvan als een soort doel. Zo’n persoon heeft vast voedsel nodig, dat zich richt naar het volkomene (Hebr. 6:1). Dit gaat gepaard met een drang van het hart, dat van binnenuit zich ernaar uitstrekt om te groeien naar Jezus’ beeld toe (Rom. 8:29). Ik verlang ernaar meer een beelddrager van Hem te zijn en dat alles wat daar niet bij hoort bezig is te verdwijnen. Want het draait erom een leven binnen te komen, waarin wij delen in Jezus’ leven, opdat Christus gestalte in ons krijgt (Gal. 4:19). Dit gaat niet als bij toverslag, maar het is een proces, een weg van verdere ontwikkeling die gepaard gaat met geestelijke strijd in de hemelsferen. Geven wij Hem de volle ruimte om meer Lamsgestalte in ons leven te verwerven? Dat is: meer heerlijkheid van God in ons. Het woord heerlijk wil zeggen: de Heer gelijk en dat is ons doel!
Geestelijk gezond klimaat
Dan is het goed ademen in de gemeente en thuis en is er een heerlijk gezond geestelijk klimaat, waarin iedereen gezegend kan worden door het goddelijke aroma van de Geest oftewel de geur van Christus die van ons uitgaat (dat is toch wel van een hoger niveau dan we ons herinneren van de natuurlijke aroma van maggi in de soep). Dat is niet een klein beetje, maar geheel anders, want de leer van het Koninkrijk der hemelen wordt omgezet in leven en dat is het licht van de mensen. Dan is er onderling geen nare sfeer meer die te snijden is en geen woordenstrijd of onderlinge wanverhouding, waarbij de boze ook zijn riedeltje meeblaast. Laten we waakzaam zijn dat er geen ‘geestelijke klimaatcrisis’ in de gemeente komt vanuit de naargeestige sfeer van de duivel die de lucht vervuilt. Ik vind het zien van die geestelijke milieuverontreiniging, die bijv. meekomt met de media als we niet oplettend zijn belangrijker dan die natuurlijke klimaatcrisis. Er is veel te doen over de stikstofcrisis, maar voor ons gaat het om de zuurstof van het Koninkrijk van God met zijn klimaat van gerechtigheid, vrede en blijdschap (Rom. 14:17). Zo kan ieder die wil op adem komen en adem scheppen om nieuwe moed te verzamelen voor het volgende traject op de hoge weg, waar zonder meer strijd op af komt.
Leg af en doe weg
Paulus zegt: “Wandel door de Geest en je zult zeker de begeerte van het vlees niet volbrengen” (Gal. 5:26) De begeerte en werken van het vlees wil je niet meer uitvoeren in je leven. Er is nu goddelijk werk in uitvoering! Gods Geest wijst ons de dingen wel concreet aan waar het aan schort, maar ook wat ervoor aan moois in de plaats komt.
Dat kan betekenen dat we dingen in ons leven moeten afleggen en wegdoen. Sowieso de grove dingen, de werken van het vlees die duidelijk en bekend zijn en opgesomd worden in Gal. 5:19-21: overspel, hoererij, onreinheid, losbandigheid, afgoderij, toverij, vijandschappen, ruzie, afgunst, woede-uitbarstingen, egoïsme, onenigheid, afwijkingen in de leer, jaloersheid, moord, dronkenschap, zwelgpartijen, en dergelijke (bijvoorbeeld leugen en hebzucht, die hier niet worden genoemd). Trek aan de liefde, blijdschap, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, zelfbeheersing. En dergelijke, zouden we kunnen zeggen zoals innerlijke ontferming, nederigheid, verdraagzaamheid, vergevingsgezindheid.
Vang de kleine vossen
Maar let je ook op de kleine, meer subtiele zonden, want het zijn de kleine vossen die de wijngaarden te gronde richten nu de wijngaard - zeg de gemeente - in bloei staat (Hoogl. 2:15). Het is duidelijk dat kleine vossen in de natuurlijke wereld heel wat schade kunnen aanbrengen in een wijngaard. Maar laten we een overstapje nemen naar de geestelijke wereld: Welke demon wil er aan jouw leven hangen, om je omlaag te trekken en je doorgroei te bemoeilijken? Kunnen wij nog blokkades in de onderlinge broederschap uit de weg ruimen? Zijn er hindernissen of horden te nemen, of zijn alle tussenmuren in de onderlinge gemeenschap afgebroken? Denk eraan dat Jezus onze vrede is, die Jood en heiden één heeft gemaakt en de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft (Ef. 2:14). Hoe durven wij dan tussenmuren onderling in de gemeente overeind te laten staan?
Bijvoorbeeld die roddel over een persoon die niet bij het gesprek is en zich niet kan verdedigen. Dat vraagt waakzaamheid om daar niet in mee te gaan. Daarom: Communiceer MET elkaar in plaats van OVER elkaar! Of denk aan dat dat kleine beetje venijnigheid of felheid in jouw of mijn opmerkingen. Als we heel eerlijk zijn, zit daar nog wat gif van de slang in. Denk bijv. aan dat aanstoot nemen aan iets wat je broer of zus goedbedoeld doet. Wie zijn broeder liefheeft, is in het licht en er is in hem geen struikelblok” (1 Joh. 2:10). Die geest van ergernis en irritatie kan zo werken in de gemeente of thuis, dat die je uit de rust van de Heer haalt. In plaats van zo menselijk je ‘groen en geel’ te ergeren aan een ander (in het verkeer bijvoorbeeld) kunnen we beter de geest van ergernis bij onszelf aanpakken. God ergert zich namelijk nooit, hoe zit het dan met ons die deel hebben gekregen aan de goddelijke natuur? (2 Petr. 1:4).
Of dichterbij: in je huwelijk kunnen kleine vossen zomaar de boel bederven en de sfeer verzieken als wij niet alert zijn. Met een gevecht in woorden bereik je niets. Wel als je vecht voor elkaars behoeften en verlangens en samen vecht tegen geesten die je huwelijk willen ondermijnen. De geestelijke weg is nodig om boven het aardse gekissebis uit te komen en je geestelijk vijand in jouw ‘hemel’ (jouw stukje leef- en strijdgebied van de hemelse gewesten) te onderkennen, die je bezig wil houden met gehakketak over onbenullige dingen en je gaat in Jezus’ naam hem erbuiten plaatsen. Weg met die macht die een ‘geestelijke stoorzender’ is en met Gods Geest kun je in je huwelijk de vrede en harmonie bewaren.
Dan heb je het nooit meer op elkaar zitten en hoef je ook die van vorm van verwerping in de gemeente niet langer te koesteren die roept: “Ze hebben het zeker op mij gemunt” of “ze hebben mij bewust gepasseerd” of “ze zien mij niet staan.” Ach, zielige ik die zo’n zelfmedelijden heeft en zich afgewezen en verworpen voelt. Onderken dat er een macht van verwerping en afwijzing werkzaam is die je op wil zadelen met een minderwaardigheidscomplex.
Dat zijn zaken waar we aan kunnen werken, sowieso om uit dat gejeremieer van je klaagliederen te komen, want de Geest tikt je als een lieflijke duif op je schouder: “Hé, zet dat eens recht met die andere broer of zus!” Dat zijn nou van die prachtige correcties van de Heer. Zo voedt Hij ons op. Zulke gezonde tucht geeft vrucht in je leven!
Ga maar eens de onderste weg op aarde door jezelf te verloochenen door ten opzichte van die ander te willen buigen en niet je eigen gelijk te halen. Wat hebben we aan het vasthouden van sterke meningen over zaken die de onderlinge broederschap er niet beter op maken, zelfs al zou je gelijk hebben. Waarom zou je steeds het laatste woord moeten hebben? Buigzaam-zijn helpt je veel meer om te helpen de broederschap en de zusterschap op te bouwen. Ben je bezig om verder en dieper de onderlinge gemeenschap tussen je broeders en zusters sterker te maken? Als je zo soms jezelf vernedert en je voegt waar nodig, dan zal God je verhogen, dat is een geestelijk wet. Dan leidt hij je geestelijk op de weg omhoog, dat kan niet missen.
Zo wijst de Heer je op aspecten die actueel aan de orde zijn in jouw en mijn eigen ‘hemel’, dat persoonlijke leef- en strijdgebied, die koepel waar jij je geestelijk in beweegt. Je mag de strijd tegen deze machten oppakken, om meer en meer gif van de slang en het beschadigende werk van kleine vossen kwijt te raken. “Hoe meer je opruimt, des te opgeruimder mens word je”, zei eens een volle evangeliepionier. Dat is dus ook je eigen verantwoordelijkheid daarin oppakken. Dat vraagt om waakzaamheid. Ik heb voor en achter in mijn Bijbel treffende uitspraken of ‘one-liners’ gezet. Iets wat de gemeentewijngaard kan verderven, dat zijn bijvoorbeeld kwade vermoedens, wantrouwen of achterdocht in je gedachten over een broer of zus in de gemeente. Let op, ik vond deze veelzeggende spreuk:
“Door de kier van achterdocht gaat de liefde naar buiten.”
Afleidingen om geestelijk niet verder en niet hogerop te komen
Wat denk je van die dingen die de boze je als afleiders kan voorschotelen, waardoor je maar niet verder komt op de weg met Jezus? Wat denk je van twee verdieners, die bijvoorbeeld allebei 4 dagen werken? Natuurlijk gelden hier geen geestelijke ‘wetten van Meden en van Perzen’, maar wellicht is het beter als je alles afweegt om niet allebei heel veel te hoeven investeren in je aardse baan. Dat heeft soms immers de consequentie dat er minder tijd over is in aandacht voor de kinderen en minder inzet in het gemeentewerk. “Ach, ik ben zo moe, ik sla de bijbelstudie in de huiskring maar een keer over.” En daar hang je dan in de bank terwijl je nog ‘op apegapen’ van je werk bent, want het was hollen en vliegen vandaag. Of: “Er is vanavond een mooie film op TV, die ik wel graag wil zien, al is het jammer dat die nou net samenvalt met de bidstondavond. Och, vooruit maar een keer.” Vooruit? Dat is achteruit op de keper beschouwd. Af en toe samen evangeliseren op zaterdag samen met andere gemeenteleden? “Hm, daar kom ik niet meer aan toe”, want ouderen maken van de zaterdag boodschappen- en klusjesdag en jongeren hebben op zaterdag een bijbaantje of gaan sporten.
Gaat het over zondige dingen? Helemaal niet, maar het gaat wel over aardse zaken die soms nodig zijn, maar je soms ook teveel kunnen belasten, waardoor er weinig energie overblijft voor bijvoorbeeld je gebedsleven en je persoonlijke bijbellezen. Teveel bezig te zijn met een hobby - op zich echt geen zonde - kan ook je geestelijke leven vertroebelen en je op een lager pitje zetten. Als je bij jezelf nagaat, hoe vroeger je vrije tijd werd ingevuld (wellicht met veel plek voor bijbelstudie en evangelisatie) en hoe dat nu het geval is, kun je misschien de conclusie trekken dat je vroeger meer met geestelijke dingen en het bouwen van de gemeente bezig was dan nu. Welk verlangen heb je en wat heeft bij jou topprioriteit? Wat staat op nummer 1 bij jou? Als je niet uitkijkt voor de ‘tijdgeest’- dat is ook een geest - dan slokt de 24 uurs economie-cultuur je geestelijk leven op door een drukke baan of door allerlei aardse ‘ditjes en datjes.’
Je komt niet meer toe aan het lezen van goede geestelijke lectuur (bijv. de digitale versie van uitgeverij Phos van ‘Gods plan met mensen’, de vijf boeken van Cees Visser samen. Ik heb die op mijn e-reader. Je hoeft die meer dan 1000 pagina’s niet op 1 dag te lezen, maar steeds een stukje geeft je meer begrip en inzicht hoe dingen geestelijk werken in je leven en in de geestelijke wereld). Dat zeg ik zonder je een schuldgevoel aan te praten, maar om je geestelijk interesse op te wekken). De artikelen in het digitale blad Hoger-op vind je misschien veel te lang (terwijl ze korter zijn, dan ze waren in vroegere bladen als Kracht van Omhoog, Levend Geloof en het Studieblad). Al steek ik natuurlijk opmerkingen in mijn zak als we soms te wollig zijn in plaats van onszelf beknopter uit te drukken en denk ik na hoe het beter kan. Maar, ‘het moet allemaal kort en flitsend zijn’, dat is ook de ‘tijdgeest.’
Zie je het gevaar dat de hielbijter aan het werk is om je voortgang uit te hollen en je te pakken op je achillespees. Hij ziet graag geestelijk geblesseerde christenen. Die zitten aan de kant toe te kijken en te observeren of de oudsten het wel goed doen allemaal. Als je zelf in de wedloop (Hebr. 12) of de renbaan (1 Kor. 9) je beweegt, heb je geen tijd meer om steeds om je heen te kijken of de oudsten en de anderen het wel goed doen. Dan ben je vurig van geest bezig met het zelf verder komen in het leven met de Heer! Deze afleiders zijn weliswaar geen zondige, maar wel aardse zaken en ieder kan voor zichzelf beoordelen hoeveel tijd er bijvoorbeeld naar TV, computer en smartphone gaat en/of dat wellicht enigszins ten koste gaat van het gemeentewerk. Laten we de aardse dingen wegen voor Gods aangezicht of ze ons niet teveel belasten. Daarin zullen we keuzes dienen te maken. En het is van groot belang om het geestelijke te laten voorsorteren op het natuurlijke, maar zonder het natuurlijke en aardse te laten verwaarlozen.
Melk of vast voedsel
Als wij in liefde, ons aan de waarheid houdende, in elk opzicht, dat is: in alle dingen toegroeien naar Hem die het hoofd is (Ef. 4:15), dan zijn we bezig met onze verdere verlossing, nadat we verlost zijn toen we door genade een kind van God werden. Dat gaat door met doop in heilige Geest en de wandel in de hemelse gewesten. Het is buitengewoon de moeite waard om binnen te dringen in het verdere leven met God en schatten te verzamelen in de hemelen, dat wil zeggen goede werken te doen, niet om ons voor mensen vroom voor te doen, maar voor Gods aangezicht, om Hem welgevallig te zijn. We worden er in de Schriften krachtig toe aangespoord en door de Geest mag je geestelijke statuur, je geestelijke inhoud in Hem, zich ontwikkelen.
Vast voedsel heeft niks te maken met dure termen en theologische hoogstandjes. Het gaat niet om leraars in huis te halen die welsprekende redevoeringen kunnen houden en intellectuele beschouwingen ten beste geven. Het gaat om leraars die ook zelf nog zo kwetsbaar en transparant willen zijn dat ze nog leren en afleren in hun leven, die ernaar verlangen en ertoe aanmoedigen dat we verder zullen ontwikkelen naar het zoonschap. Want het blijft allereerst gaan om onze persoonlijke wandel met de Heer. Het is nodig om eerlijk bij mijzelf naar binnen te gaan, wanneer het soms met mij nog niet zo gaat, zoals ik graag zou willen in mijn leven met de Heer. Maar het is dank zij zijn genade gelukkig niet meer zoals het is gewéést. Door de Geest maken we vooruitgang!
Hebr. 5:14 zegt: “Maar voor de volwassenen is er het vaste voedsel, voor hen die hun zintuigen door het gebruik ervan geoefend hebben, om te kunnen onderscheiden tussen goed en kwaad.” Zij hebben hun lessen in de strijd geleerd en hebben daardoor goed in de gaten wat er uit het rijk der duisternis en wat er uit het Koninkrijk van God komt. Velen horen naar de tijd gerekend allang leraars te zijn (Hebr. 5:12), maar helaas zijn sommigen in het kinderstadium blijven hangen. Onze hoogste interesse zal zijn: vaste spijs-verkondiging die je - na het leggen van het fundament in je leven - helpt om vanuit Gods Woord krachtige impulsen te krijgen voor de verdere verandering en omschepping van ons leven.
Hoe jammer is het dat veel christenen bijna alleen met melk gevoed worden. Soms lijken het wel ‘zoethoudertjes’ als ik hoor dat mensen meerdere keren een Alpha-cursus doen. In kerken die nog bijbelgetrouw willen zijn, kun je bekeringsboodschappen beluisteren en in Baptistenkerken hoor je over de doop door onderdompeling. Pinkstergemeenten gaan een stapje verder: de doop in de Geest wordt er gebracht. Velen komen niet verder dan dat, hoe noodzakelijk en goed ook, en komen aan hun geestelijke plafond. Maar ieder die nog van melk leeft, heeft geen weet van de rechte prediking (Hebr. 5:13). Wij geloven in de wandel en strijd in de hemelse gewesten, in de weg van heiliging van je hele leven en in het jagen naar de volmaaktheid (2 Kor. 7:1).
Oefen je in de godsvrucht
Het oefenen van je lichaam is van enig nut, maar de godsvrucht is nuttig tot alles (1 Tim. 4:7b-8). Het gaat erom of wij vrucht uit God dragen (afhankelijk blijven van Hem). En dat wij vruchten van de Geest voortbrengen (je daar met je hele hart naar uitstrekken). Laten we geloof oefenen in zulke geweldige perspectieven voor ons leven die Gods Woord ons belooft. En laten het niet alleen ‘verheven volle evangelieklanken’ blijven, maar praktische werkelijkheid. Zo mogen we ons bekwamen in een andere wijze van handelen, een vernieuwde persoon die optreedt, die misschien vroeger nog gepikeerd was over dit of over dat als een ‘Jantje ongeduld’. Of je bent aan het leren, om ook iemand te zijn die op een wijze manier kan zwijgen, waar hij of zij zich vroeger meende te moeten verdedigen. Of je ziet in dat je in een gesprek zo de boventoon kan voeren dat die ander niet meer aan bod komt. Geef die ander de ruimte dat hij of zij zich ook ontplooien kan en uit de verf mag komen.
Honger naar meer geestelijk leven
Veel christenen komen niet verder dan begrippen als ‘zondevergeving’ en ‘later naar de hemel gaan.’ Wij zijn door genade op genade nu al bezig met ons hemels te oriënteren en laten we ons daarvan niet af laten houden door allerlei leringen van de aarde. Laten wij niet blijven steken op de weg door afleiders naast de weg. We willen het meerdere, het hemelse blijven verkondigen. Daarom laten we het Woord van God tot zijn volle recht laten komen…tot alle rijkdom van een volledig inzicht (Kol. 1:25; Kol. 2:2). God beoogt met ons “de maat van de wasdom van de volheid in Christus” (Ef. 4:13). Wanneer we alleen bij de eerste beginselen leven, dan zijn we ondermaats bezig in Gods ogen. Zijn bedoelingen met ons gaan zoveel verder, zijn zoveel groter en heerlijker.
Oproep
Ben jij verlokt om in te gaan op wat ik heb getracht te schilderen als ‘overwinningsleven’, want daartoe roept de Heer ons. Heb je meer dan ooit een vurig verlangen gekregen naar het volle leven met Hem? Kom mee op die diepere en hogere weg met de Heer, koste wat het kost! Verlustig je in God op je wandel met de Heer. Paulus sprak tegen de Filippenzen dat zij VERDER mochten komen en zich in het geloof verblijden (Fil. 1:25b). Je blijdschap over Gods heerlijkheid is een goede graadmeter. Ik word daar reuze blij van, het fascineert me, heb jij dat ook? We hebben de hoop op Hem gevestigd dat Hij ons VERDER verlossen zal! (2 Kor. 1:10b). AMEN!
Jildert de Boer